N.a.v. een dispuut over een door de sector kanton van de rechtbank Den Haag gewezen vonnis waarbij de buitengerechtelijke incassokosten waren afgewezen hebben wij inmiddels een schrijven van de kantonrechter ontvangen met motivatie over deze afwijzing.
Uit dit schrijven blijkt dat de termijn van 14 dagen, zoals in een aanmaning vermeld moet worden, aanvangt de dag nadat de schuldenaar de aanmaning heeft ontvangen.
In de praktijk blijkt dat het niet valt vast te stellen wanneer de schuldenaar de aanmaning heeft ontvangen aan de hand waarvan er bij de beoordeling wordt uitgegaan van de veronderstelling dat de schuldenaar de aanmaning de dag na dagtekening ervan heeft ontvangen en dat de termijn van 14 dagen aldus twee dagen na de dagtekening van de aanmaning aanvangt.
Onjuiste aanzeging van deze termijn leidt tot afwijzing van de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten.
Tot voor kort werd niet op eenduidige wijze geoordeeld over dit onderwerp door de medewerkers van de sector kanton die de dagvaardingen toetsen. Dit was een onwenselijke situatie. Met ingang van juni 2014 worden de 14 dagen brieven door alle medewerkers op de hiervoor beschreven wijze beoordeeld.
In verband met het vorenstaande dienen verzonden aanmaningen dan ook, naast het juiste bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten, de volgende tekst te bevatten:
"Ik verzoek en voorzover nodig sommeer ik u het hiervoor genoemde bedrag binnen veertien dagen, aanvangende twee dagen na dagtekening van deze aanmaning, aan ons te voldoen..."
Voor verdere informatie over de juiste wijze van aanmanen kunt u altijd kontakt met ons opnemen.
Ook informeren wij u graag over de mogelijkheid uw aanmaning door ons laten verzorgen.